Reeds (gedeeltelijk) bereikt
1. Beseffen en aanvaarden dat de smaak en de stijl van mensen verschilt.
Ik vraag vaak de mening van anderen over een idee dat ik heb of over iets dat ik zelf gemaakt heb. Omdat ik het belangrijk vind om te weten hoe anderen hierover denken. Iedereen heeft een andere smaak, stijl, maar dat is juist het mooie. Dat er zo een verscheidenheid is tussen mensen.
Ik probeer dan ook respect op te brengen voor de creaties van anderen, zelfs al vind ik deze misschien raar, niet vanzelfsprekend.
Ik heb het ook van kinds af aan meegekregen om over iets niet te zeggen: "Dat is niet mooi." Daarentegen heb ik geleerd om dit anders te verwoorden en te zeggen: "Ik vind dat niet mooi."
Het zijn maar twee kleine woordjes, die hier wel voor een immens verschil zorgen.
Als ik iemand tegenkom die een stijl heeft die volledig verschilt van de mijne, probeer ik soms op zoek te gaan naar raakvlakken, naar iets dat toch overeenkomt, hoe klein dat dan ook is.
Iedereen heeft recht op een eigen mening, smaak, stijl. Respect is hier het sleutelwoord.
2. Openstaan voor het muzische en al onze zintuigen gebruiken om muzische ervaringen nog intenser te beleven.
De twee voorbije jaren heb ik op dit vlak al veel geleerd in de opleiding. Over wat muzisch is en wat niet. Ik ben hierin al veel kritischer geworden. Ik ga voor mijn stage op zoek naar muzische opdrachten die kinderen echt stimuleren om zo veel mogelijk van zichzelf te kunnen uiten in de muzische domeinen. Op het vlak van beeld lukt dit me wel aardig. Hiervan vind je voorbeelden terug op de startpagina van mijn blog. Voor muziek vind ik dit iets moeilijker, vermits ik vaak als opdracht krijg om een liedje aan te leren. Zingen is al niet mijn sterkste kant, en hierin voel ik mij dan toch nog niet echt vaardig om er iets creatief mee te doen.
Als ik gewoon in het dagelijkse leven rondkijk sta ik meer stil bij het muzische aspect. Als ik een straatartiest bezig zie of in een knutselwinkel rondloop, dan denk ik daar over na. Dan betrap ik mezelf erop dat ik me afvraag van hoe kan ik dit zelf gebruiken in mijn stage op zo'n manier dat het echt muzisch wordt. Hetzelfde als ik naar muziek luister, sommige liedjes of ritmes zetten je meteen aan het denken of geven je het gevoel van 'hier kan ik iets mee doen'.
Wanneer ik zelf een les muzo geef, probeer ik me niet te beperken tot één deeldomein, maar probeer de verschillende muzische talen te integreren. Al is het maar door bij een les beeld voor de sfeerschepping een stukje drama of muziek te integreren. Het zit hem hierbij in de kleine dingen, vind ik.
Bij muzo is het belangrijk dat leerlingen verschillende impressies, indrukken opdoen om zelf creatief aan de slag te kunnen. Daarom probeer ik hen ook de verschillende zintuigen te laten gebruiken. Ik betrap mezelf er wel op dat ik me meestal toespits op horen en zien. Voor mijn stage in het zesde leerjaar daag ik mijzelf uit om ook de zintuigen: ruiken, voelen en proeven te verwerken in een muzoles.
3. Werken aan een muzisch aanbod vanuit een zorgvuldig gekozen onderwerp, geïntegreerd en strevend naar diepgang.
Ik doe mijn best om muzo toch bij verschillende leergebieden te betrekken. Bij een lesje wiskunde tijdens mijn stage in het 1e leerjaar ging het over de getalbeelden. Hiervoor werkte ik met een dobbelsteen. Een leerling mocht gooien met de dobbelsteen en gooide bijvoorbeeld 3. Dan zei ik dat ze 3 keer op en neer moesten springen. Hierna liet ik hen zelf bewegingen bedenken.
Als ik een les muzo geef, probeer ik om het niet specifiek te richten op één deeldomein van muzo. Zo gaf ik in het 1e leerjaar een les muzo binnen het thema 'bos' over de paddenstoel. Ik begon met een verhaal over kabouter Roodneus die leeft in een toverbos met verschillende soorten paddenstoelen: lachende, huilende, zingende, ... De kinderen beeldden deze emoties uit. Daarna leerde ik het lied 'De bulderende paddenstoel' aan en als slot mochten ze zelf een paddenstoel uitvinden en tekenen. Zo integreerde ik in één les drama, (bewegingsexpressie), muziek en beeld.
Tijdens een andere muzoles in het eerste leerjaar, ook binnen het thema 'bos', begon ik met een bewegingsverhaal waarbij de leerlingen moesten uitbeelden. Daarna maakten we kort een brainstorm en demonstreerde ik enkele technieken. Vervolgens verdeelde ik de leerlingen in groepjes a.d.h.v. kaartjes. Elk groepje maakte iets anders voor het grote bos.
- Bomen: tekenen, knippen en schilderen
- Bladeren: tekenen, knippen, kleuren of schilderen
- Paddenstoelen: tekenen, knippen en plakken
- Dieren: tekenen, knippen en kleuren
Ik probeer dus echt wel om in elke les iets meer te steken dan enkel beeld of enkel muziek...
Waar ik nog intensief aan wil werken
1. Op een actieve manier participeren aan het culturele leven.
Ik neem niet echt op een actieve manier deel aan het culture leven. Dat heb ik nooit echt van thuis meegekregen. Wij gingen nooit naar een toneelvoorstelling of een musical of iets dergelijks. Daarom zet ik dit voor mijzelf nu op het lijstje met doelen waaraan ik nog intensief wil werken. Twee jaar geleden ben ik naar de musical, waar een klasgenoot in meedeed, gaan kijken. De musical 'Hello Dolly'. Dit is me eigenlijk zeer goed meegevallen. Dus waarom zou ik zo'n dingen niet vaker doen.
Door de taak 'de cultuurkalender' word ik hier nog meer toe aangezet om dat te doen.
Ondertussen heb ik reeds, samen met Krizia, 'Coup de Ville' bezocht. Dit was een rijke ervaring. Ik heb hier dingen gezien waarbij ik versteld stond van de finesse. Bij andere zaken stelde ik me dan weer vragen over wat het moest voorstellen. Het voordeel aan 'Coup de Ville' was dat er bij elke post van dit parcours iemand was die je te woord kon staan, of waaraan je vragen kon stellen.
Om te bewijzen dat ik echt wel op een actieve manier wil deelnemen aan het culturele leven ben ik naar meer dan 3 voorstellingen gegaan voor de taak 'de cultuurkalender'. Het merendeel van deze voorstellingen zijn me zeer goed bevallen.
2. Vakspecifieke werkvormen op een geïntegreerde wijze toepassen
Hierin wil ik nog sterk groeien. Ik wil nieuwe werkvormen uitproberen en wat ze mij tonen tijdens workshops wil ik zelf gebruiken in mijn stage.
Een voorbeeld hiervan is de workshop rond de poppen. Ik vond het intrigerend hoe die man met een bekpop overweg kan. Ik zou het zelf ook graag zo goed kunnen. Maar dat gaat natuurlijk niet vanzelf. Ik heb hier al een beetje op geoefend en heb zelf ook een bekpop gebruikt tijdens mijn stage.
Ook het idee om te werken rond een boekje en daar allerlei muzische opdrachten binnen de verschillende domeinen uit te werken, vond ik knap. Wij hebben dit in de klas gedaan bij het boekje 'Pilasso en de kunstplaneet'. Ik heb dit idee nog niet verwerkt in mijn stage 1e leerjaar. Maar als ik de kans krijg, denk ik wel dat ik iets in die aard zal doen voor mijn stage in het 6e leerjaar.
3. Impressies en ervaringen uitdrukken vanuit onze eigen leefwereld
Mijn derde werkpunt... Ikzelf heb niet veel ervaring in de muzische wereld. De meeste van mijn impressies en ervaringen heb ik opgedaan tijdens deze opleiding en tijdens de 5 jaar dat ik op de tekenschool heb gezeten. Ik kan hier nog sterk in groeien want mijn muzische kennis is niet zeer uitgebreid. Op het vlak van beeld denk ik dat ik redelijk sterk sta, mede door mijn jaren op de tekenschool. Maar voor drama, muziek, bewegingsexpressie is hier nog veel ruimte om te groeien. Dit ligt deels ook aan de durf om het te doen. Ik moet wel zeggen dat ik tijdens de workshops muziek en drama in JTO me goed geamuseerd hebt. Het was fijn om toen op een andere manier met drama en muziek bezig te zijn. In de toekomst ga ik op zoek naar meer mogelijkheden om op een andere manier drama en muziek te ervaren zonder de druk te voelen van 'Ik kan het toch niet'. Bovendien heb ik mijn muzische bagage al uitgebreid door meer te participeren aan het culturele leven. Alle kleine beetjes helpen en zo groeien we steeds meer en meer...
Zelfevaluatie
Ik heb mijn vooropgestelde doelen niet volledig behaald. Er is altijd ruimte om te groeien. Maar er is nog een beetje werk aan de winkel.
Voor het doel "Op een actieve manier participeren aan het culturele leven" denk ik dat ik sterk gegroeid ben. Ik heb musea bezocht, ben naar voorstellingen gegaan, enz. Nu is het mijn taak om dit te blijven volhouden.
Het doel "Vakspecifieke werkvormen op een geïntegreerde wijze toepassen" heb ik voor een deeltje bereikt. Ik heb dingen uitgeprobeerd tijdens mijn stage, maar ik zou dit nog veel meer moeten doen. De intentie en de aanzet zijn er, maar dit is dus een duidelijk doel voor de volgende stageperiode.
En als laatste het doel "Impressies en ervaringen uitdrukken vanuit onze eigen leefwereld". Aan dit doel heb ik automatisch gewerkt tijdens de vele workshops en activiteiten op en door de hogeschool georganiseerd. Ik leerde hier erg veel, maar ook hier is nog veel ruimte om te groeien.
Over het algemeen kan ik dus zeggen dat ik aan mijn vooropgestelde doelen gewerkt heb... Ik heb ze nog niet bereikt, maar de intentie en motivatie om er nog meer werk van te maken zijn er wel.